Donderdag 30 juli
Autorit: Tsinsabis => Etosha
Overnachting: Namutoni

Om 6:30 uur opgestaan en ontbeten. Om 8 uur hebben we een village tour door Tsinsabis. We beginnen wat later en worden met de auto van Treesleepercamp naar het dorp gereden. We worden afgezet bij de shabeen, waar zowel drank als de basislevensmiddelen worden verkocht. De guide voor deze tour, Hilda, koopt een pak suiker, en een fles olie en een pakje thee aangevuld met wat snoepjes (ongeveer ter waarde van N$ 10). Zelf hadden we nog meel, thee en pennen meegenomen.


Alles was bestemd voor de twee families (compounds) die we gaan bezoeken. Het zijn twee compounds van twee verschillende stammen. !Kung en nog een andere stam. Met verschillende bouwstijlen. Bij de eerste hut kun je zien dat de voorraadschuur aan het vervallen is. Volgens Hilda gaat deze zo’n 4 à 5 jaar mee. Grondstoffen: houten palen, takken en koemest vermengt met aarde van een termietenheuvel voor de muren. Ze zijn al bezig met de bouw van een nieuwe voorraadschuur. Het geraamte staat er al.
In de andere hutjes slapen ongeveer 4 à 5 mensen. Men bedekt tegenwoordig de top met landbouwplastic. Dan blijf je beter droog bij regen.


Er staan twee hutten op de compound waarin wordt geslapen. Die met het rieten dak vinden wij het mooist. Maar de bushmen prefereren die met het platte dak. Kans op brand, aangestoken door iemand waar je ruzie mee hebt, is daarin minder. Aan de rand van het erf staat nog een hutje waar men kan zitten. Maar Hilda geeft aan dat het daar al te gevaarlijk is i.v.m. de slangen.

Op de volgende compound. Hier woont ook de healer die gisteravond aanwezig was bij het traditional dancing.
Je kunt zien dat men een andere bouwstijl heeft. Mensen van Tsinsabis woonden vroeger (100 jaar geleden) in Etosha. Toen 100 jaar geleden Etosha tot National park werd verheven en omfenced werd, moest de bevolking verhuizen.
Nu ligt Tsinsabis nog aan een gravel road (naar Tsumeb), maar men is bezig om een asfaltweg naar Tsumeb aan te leggen die wordt doorgetrokken naar de Angolese grens. Hilda zag hiervan ook de nadelen: crime. Ze was 1 keer in Windhoek geweest, maar dat vond ze maar niets.

Na de village walk zijn we doorgereden naar Namutoni in Etosha National Park. We vinden weer een leuk plekje op de camping.


Om 15:30 uur een gamedrive gemaakt door het park. We zien geen olifanten en leeuwen, maar wel kudu, wildebeest, impala, springbok en giraf. En de struisvogel (zie foto) die mooi opgaat in het landschap. Vlak voor zonsondergang zijn we terug bij het fort, waar we naar de zonsondergang hebben gekeken. En naar 100-en vogeltjes die in wolken aankomen vliegen en gaan nestelen in het riet bij de waterhole. Bij de waterhole is een kudde giraffen aan het drinken.
Johan maakt rijst met vlees op de barbecue. ’s Avonds krijgen we op de campsite nog bezoek van een aantal Black Backed Jackals. Op rooftocht naar restjes en stukken vlees, waar niet goed op wordt gelet.
Zowel ‘s middag als ’s avonds heerst er een erg gezellige sfeer op de camping, heel anders dan op de andere campsite Halali. Iedereen is bezig met wassen, eten koken en vuurtje stoken. Wij vinden Namutoni de leukste campsite van de drie Ethosha camps.