Zondag 5 september
Reisdag: 481 km
Overnachting: Camping Reautschnighof, Keutschach am See, Oostenrijk

We “ontbijten” met een kopje yoghurt met banaan en honing. Het echte ontbijt komt later wel.

Om kwart over 6 verlaten we de camping. We zijn overigens niet de eersten. We rijden eerst naar de volgende afslag van de snelweg, naar Kinding. Daar weten we, van de vorige keer, een goed benzinestation, met lekkere broodjes, die al om 6 uur open is.

Na München, dit keer geen files, gaan we koffie drinken en tevens een autobaanvignet kopen voor Oostenrijk. Omdat we vroeg zijn vertrokken, de vorig keer stonden we op een camping die pas om 7 uur het hek open deed, zijn we lekker vroeg langs München.

Bij de koffie eten we de lekkere broodjes + croissants.

Het is erg druk op de parkeerplaats. We kunnen nauwelijks een plekje vinden. Je zou niet zeggen dat het naseizoen is begonnen. Voor de volgende keer ga ik de dag van te voren een vignet kopen bij de ANWB. Dat scheelt toch weer een extra bezoek aan een benzinestation, terwijl je geen benzine nodig hebt.

Bij de Oostenrijkse grens gaat het supersnel. Geen wachtrijen en opstoppingen. We gaan ons tweede kopje koffie drinken voordat wij de Tauerntunnel passeren. Inmiddels weten we dat de tol voor deze tunnel pas ver na de tunnel betaald hoeft te worden. Ook nu weer grote problemen met het vinden van een parkeerplaats. Uiteindelijk parkeren we naast een vrachtwagen. Gelukkig ligt er een Geocache die Ineke kan scoren.

De tunnel verloopt prima zonder verder oponthoud. Daarna hebben we toch behoefte aan een extra pauze:  Johan valt bijna in slaap. We zetten de auto wederom op een overvolle parkeerplaats en koken water voor een lekker bakje koffie. Normaliter maken we ’s morgens direct al koffie die we bewaren in de thermosfles, genoeg voor de gehele dag. Maar het meegenomen water (in de thermoskan) is inmiddels al op. Alleen voor de eerste dag had Ineke een flesje cola gekocht als aanvulling op de koffie, voor het geval dat een van ons behoefte zou krijgen aan wat extra cafeïne.

Rond een uur of negen heeft Ineke gebeld met de camping waar we de komende dagen willen bivakkeren om een plekje te reserveren. Er zijn zoveel caravans en campers op de weg. Het is duidelijk nog steeds vakantie seizoen en we willen niet op de camping aankomen en dan te horen krijgen dat de camping vol is. Achteraf bleek dat niet nodig te zijn. Plaats genoeg op de camping. Als we ‘geimpft’ waren zijn we welkom.

Na de extra stop rijden we direct naar camping Reautschnighof nabij Keutschach am See : wat een rust. Er komt direct iemand naar ons toe, die vraagt of wij de mensen zijn die vanochtend hebben gebeld. We mogen zelf een plaats uitzoeken.

Wat een super uitzicht! We hebben volgens mij het beste plekje van de camping.

We bedenken later dat anderen deze plek waarschijnlijk ook mooi vinden, maar dat anderen daar niet graag staan omdat wij straks bij het wegrijden een steile helling op moeten en het pad is nogal smal. Het zal hier moeilijk zijn om de caravan te keren. Maar voor onze Eriba geen probleem. Wij genieten hier dus van een geweldige plek. Met schaduw van een mooie eikenboom (plaats nummer 3).

Op de camping heerst al het naseizoen. Alleen ‘s ochtends en ’s avonds is er iemand aanwezig om bv. te kunnen betalen. Ineke gaat tussen 6 en 7 uur, eigenlijk was het al na 7 uur, ons formeel aanmelden. De campingeigenaresse wil alleen horen of we gevaccineerd zijn en ons bewijs hiervan zien in de Corona check app. De QR code scant ze niet.

Nadat Ineke een half uurtje op de camping heeft gezeten, gaat ze op de fiets de prachtige omgeving verkennen. De camping ligt aan de landelijke fietsroute R4A. Dus beide kanten kun je uit fietsen. Met name richting Velden is het erg mooi.


Later op de dag gaan we samen een stuk fietsen langs de 4RA en maken we een korte wandeling. Afgeleid van de Moorwandeling Keutschach (7,7 km; 150 meter hoogteverschil). Het gebied is veel mooier en leuker dan Ineke had verwacht. Details van onze route (Moorwandeling/Fietstocht Keutschach), een wandeling van 4,8 km met een hoogteverschil van 59 meter.

We eten buiten, alhoewel het al vroeg donker is en je ook wel een trui aan moet hebben. Het koelt snel af. Overdag is het heerlijk weer. Het zonnetje schijnt en de temperaturen zijn zo rond de 24 graden, maar door het frisse windje is dat prima uit te houden. En we hebben natuurlijk de schaduw van de eikenboom. We zitten de gehele avond buiten. ’s Avonds kruipen we vroeg ons bed in. Vanaf dan klappen we het bed niet meer op omdat we toch de gehele dag buiten zijn.